vrijdag 10 februari 2017

Gebrook is `nne sjoeëne sjtad




                                                                                                              Het is weer carnavalstijd in Limburg
Gebrook is `nne sjoeëne sjtad.
Nee, dit is geen Fries! Het is de eerste regel van een Limburgs carnavalslied en het betekent: Hoensbroek is een mooie stad. De tekst van het lied is gemaakt door… een Fries die in deze plaats woonachtig is. Ik heb hem al eerder voorgesteld: Driek Portiek. De melodie leende hij van een Fries lied. Een bijzondere prestatie van deze, oorspronkelijk uit Heeg afkomstige, ex-mijnwerker in hart en nieren. Het summum van integratie zou je zeggen. Begin jaren `50, op 17-jarige leeftijd van Friesland naar Zuid-Limburg verhuisd, een snelle carrière gemaakt in de mijn, maatschappelijk en politiek actief, getrouwd met een Limburgse…, kortom: helemaal zijn draai gevonden in het `katholieke zuiden`.

Zelf ben ik tijdens mijn kinderjaren opgevoed met het idee dat carnaval niks voor ons was, dat was iets voor de Limburgers, de roomsen, net als kermis en voetballen op zondag. Dat afzetten tegen carnaval was niet iets specifieks van ons gezin. De Gereformeerde kerk van Treebeek organiseerde begin jaren `60 nog anti-carnalvalsavonden om de jongeren uit de eigen gelederen toch vooral weg te houden van het Limburgse carnaval. Iets dat op den duur onhoudbaar bleek. In loop van de jaren `60 gingen die door de kerk georganiseerde avonden steeds meer lijken op carnaval volgens de Limburgse traditie. Voor de meeste Friezen (en andere noorderlingen) is carnaval nu een geaccepteerde zaak, maar dat heeft wel even zijn tijd nodig gehad.

Bij Driek Portiek ging dat kennelijk sneller. Bij zijn aankomst in Limburg kwam hij destijds in een gespreid bedje terecht. Er woonden al verschillende familieleden in de omgeving van Hoensbroek, die eerder de overstap naar het mijnwerkersbestaan hadden gemaakt. Èn hij was - anders dan de meeste noorderlingen - katholiek opgevoed. Mogelijk zijn dat factoren geweest die het invoegen in de Limburgse samenleving hebben vergemakkelijkt. Heeft hij Friesland nu zoveel jaar later achter zich gelaten en is hij een Limburger geworden? Tijdens het gesprek dat ik met hem heb, vraag ik of hij zichzelf meer als Limburger ziet of meer als Fries. Zonder aarzelen antwoordt hij onmiddellijk: Fries! 


Ken je ook een verhaal over Friezen (in Limburg) en carnaval?

Reageer!
-
Laat het me weten.