vrijdag 15 december 2017

Een Fries in de gemeenteraad van Brunssum


De plaats waar ik geboren ben haalde op 9 december jl. de voorpagina van de Volkskrant. 'Wat is daar aan de hand?', vraagt de krant zich af, omdat in de afgelopen periode Brunssum vaker in het nieuws was met minder fraaie berichten. Bij de recente berichten over de gemeenteraad staat de persoon van Jo Palmen centraal. Dat deed me denken aan mijn vader, die rond de jaren tachtig deel uit maakte van die gemeenteraad en uit zijn mond hoorde ik regelmatig diezelfde naam. De belevenissen van mijn vader rondom het raadswerk waren tussen hem en mij een geliefd gespreksonderwerp. In mijn herinnering kwamen diverse verhalen bovendrijven. Minstens één daarvan wil ik jullie niet onthouden.

Mijn vader zat aanvankelijk in de raad namens de ARP (de Anti Revolutionaire Partij). Een protestantse partij met gereformeerde wortels. Daarnaast was ook de protestantse CHU (Christelijk Historische Unie) vertegenwoordigd. Het waren minifracties vergeleken met de katholieken, verenigd in de KVP. In 1980 vond het historische samengaan plaats van de de drie genoemde partijen. Zij fuseerden tot het CDA, zoals we dat heden ten dage kennen. Voordat het zover was, is er heel wat water door de Maas, of - om dichter bij Brunssum te blijven - de Rode Beek, gestroomd. Het bekende t.v.programma `Andere tijden`, heeft er een fraaie aflevering over gemaakt, waarin gesteld wordt:
Het was een ingewikkelde opgave om de drie partijen organisatorisch op één lijn te krijgen, maar de grootste struikelblokken op weg naar het CDA waren toch wel de verschillen in mentaliteit en cultuur.
Dit ondervond mijn vader aan den lijve. Bedoelde verschillen deden zich in Brunssum extra sterk gelden omdat daar - in elk geval voor wat mijn vader betreft - ook nog het verschil in herkomst bij kwam. Het Friese karakter van mijn vader botste nogal eens met de Limburgse mentaliteit.
En dan nu het verhaal…

De nieuwe, gefuseerde fractie is voor het eerst bijeen voor een fractievergadering: een stuk of 9 (ex-)KVP-ers, overwegend autochtone katholieke Limburgers, waaronder genoemde Jo Palmen (toen nog lid van het CDA), 1 (ex-)CHU-er, 1 (ex-)CDA-er. De 2 laatstgenoemden behoren tot de 'import'-noorderlingen (Friezen en anderen afkomstig uit de noordelijke provincies). Het gaat er wat rommelig aan toe. Iemand van de oude KVP-fractie zit voor. Mijn vader ziet het enige tijd aan en vraagt dan het woord. Hij herinnert de aanwezigen eraan dat zij als christelijke partijfractie bijeen zijn en spreekt dan de woorden: 'Beginnen jullie niet met gebed?' Even valt er een doodse stilte. Dan wordt hij niet-begrijpend aangestaard. 
Het duurde wel even voor hij in die nieuwe fractie zijn draai gevonden had.
Zo zijn er meer voorbeelden, die mogelijk in latere berichten aan bod komen.

Beste lezer,

Herinner je je ook nog een leuk of interessant verhaal uit die tijd, van je vader, moeder of je opa, oma, waarin Friezen een rol spelen? Schrijf het op en stuur het naar sspinder@upcmail.nl . Je mag me ook vragen om je te bellen als wel wilt vertellen, maar er tegenop ziet om te schrijven (of er geen zin in hebt). In dat geval maak ik er wel een geschikt schriftelijk stukje van.

vrijdag 10 februari 2017

Gebrook is `nne sjoeëne sjtad




                                                                                                              Het is weer carnavalstijd in Limburg
Gebrook is `nne sjoeëne sjtad.
Nee, dit is geen Fries! Het is de eerste regel van een Limburgs carnavalslied en het betekent: Hoensbroek is een mooie stad. De tekst van het lied is gemaakt door… een Fries die in deze plaats woonachtig is. Ik heb hem al eerder voorgesteld: Driek Portiek. De melodie leende hij van een Fries lied. Een bijzondere prestatie van deze, oorspronkelijk uit Heeg afkomstige, ex-mijnwerker in hart en nieren. Het summum van integratie zou je zeggen. Begin jaren `50, op 17-jarige leeftijd van Friesland naar Zuid-Limburg verhuisd, een snelle carrière gemaakt in de mijn, maatschappelijk en politiek actief, getrouwd met een Limburgse…, kortom: helemaal zijn draai gevonden in het `katholieke zuiden`.

Zelf ben ik tijdens mijn kinderjaren opgevoed met het idee dat carnaval niks voor ons was, dat was iets voor de Limburgers, de roomsen, net als kermis en voetballen op zondag. Dat afzetten tegen carnaval was niet iets specifieks van ons gezin. De Gereformeerde kerk van Treebeek organiseerde begin jaren `60 nog anti-carnalvalsavonden om de jongeren uit de eigen gelederen toch vooral weg te houden van het Limburgse carnaval. Iets dat op den duur onhoudbaar bleek. In loop van de jaren `60 gingen die door de kerk georganiseerde avonden steeds meer lijken op carnaval volgens de Limburgse traditie. Voor de meeste Friezen (en andere noorderlingen) is carnaval nu een geaccepteerde zaak, maar dat heeft wel even zijn tijd nodig gehad.

Bij Driek Portiek ging dat kennelijk sneller. Bij zijn aankomst in Limburg kwam hij destijds in een gespreid bedje terecht. Er woonden al verschillende familieleden in de omgeving van Hoensbroek, die eerder de overstap naar het mijnwerkersbestaan hadden gemaakt. Èn hij was - anders dan de meeste noorderlingen - katholiek opgevoed. Mogelijk zijn dat factoren geweest die het invoegen in de Limburgse samenleving hebben vergemakkelijkt. Heeft hij Friesland nu zoveel jaar later achter zich gelaten en is hij een Limburger geworden? Tijdens het gesprek dat ik met hem heb, vraag ik of hij zichzelf meer als Limburger ziet of meer als Fries. Zonder aarzelen antwoordt hij onmiddellijk: Fries! 


Ken je ook een verhaal over Friezen (in Limburg) en carnaval?

Reageer!
-
Laat het me weten.


woensdag 4 januari 2017

Fryske Kriten

Al enige tijd ben ik op zoek naar informatie over Fryske Kriten, oftewel: Friese Kringen. Ik heb mijn ouders er wel eens over horen praten. Ik kan mij herinneren dat ze vertellen dat de Fryske Krite uit Geleen een toneelvoorstelling zal geven (uiteraard in de Friese taal). Het is volkomen duidelijk dat wij daar niet heen zullen gaan. Je voelt aan alles dat mijn ouders daar `niks mee hebben’. Pas heel veel later ben ik me gaan afvragen waarom dat was. Wij spraken thuis Fries. En niet alleen thuis, ook op familiebezoek, met onze pakes en beppes. Maar op ook maar het geringste chauvinisme t.a.v. Friesland heb ik mijn ouders nooit kunnen betrappen.
Bijgaande dichtregels weerspiegelen dan ook op geen enkele manier de houding van mijn ouders t.o.v. Friesland. 

Bern fan Fryslân
Anne Jousma

Wy sille altyd bern fan Fryslân bliuwe
wêr`t ek ús wegen liede op `e wrâld.
Wêr`t ús de winen en de seeën driuwe
dit jout ús libben en ús hert syn hâld.
[…]
Bern fan de smûke bosken yn de Wâlden,
dêr`t smelle wegen boartsje ûnder`t beamt.
De wyn strykt yn in marke stil syn fâlden
en flûst`ret yn de blêden, mearkefrjemd.
[…]
Wêr `t ûs de winen en de seeën driuwe,
dit jout ús libben en ús hert syn hâld.
wy wolle altyd bern fan Fryslân bliuwe,
fier of tichtby, oeral yn de wrâld.

Niet alle coupletten zijn hier weergegeven. Aan elke Friese streek is een couplet gewijd. Onze familie is afkomstig uit `de Wâlden’. 
In het al eerder aangehaalde artikel `Ondergrondse Friezen`(Leeuwarder Courant van 22 december 2012, zie een eerder bericht op deze blog) lees ik:
”Tetman de Vries die voor zeshonderd dolenthousiaste Friezen zijn populaire programma’s speelt in een zalencentrum in Hoensbroek. Het is nu moeilijk meer voor te stellen, maar in de jaren vijftig en zestig gebeurde het geregeld. Een stuk of zes Fryske Kriten hielden in de mijnstreek van Limburg de herinneringen aan het heitelân warm bij liedjes en sketches en onderlinge gesprekken in de memmetaal.”
Dit speelt zich af op een steenworp afstand van waar wij wonen. Nooit zijn we bij een dergelijke voorstelling aanwezig.
Het citaat prikkelt mijn nieuwsgierigheid naar het fenomeen Fryske Kriten. Tot mijn teleurstelling kan ik er aanvankelijk bitter weinig over vinden. Tot ik op een dag stuit op de titel: Friezen yn `e Frjemdte, ondertitel: In skiednis fan Friezen om utens. Ik kan het tweedehands op de kop tikken
Het blijkt een boek uit 2011, formaat statenbijbel, 770 pagina’ s, drieëneenhalve kilo papier, vergezeld van een DVD en, warempel, daarin een heel hoofdstuk gewijd aan Fryske Kriten in Zuid-Limburg.
Volgende keer iets meer hierover.


Wat mijn ouders betreft blijft het een raadsel, wel de Friese taal, maar niet de Friese cultuur. Een antwoord zal wel nooit komen.

(wordt vervolgd)

OPROEP
Wie weet meer te vertellen over de Fryske Kriten in de Oostelijke Mijnstreek? Ken je iemand die er meer van weet? Laat het mij weten. Dat stel ik zeer op prijs.