In een poging grotere hoeveelheden vracht te vervoeren en zo de verdiensten wat op te schalen, had mijn pake zijn skûtsje middendoor laten zagen en er een extra stuk romp tussen laten plaatsen. „Na het plaatsen van het tussenstuk voer het schip niet meer goed. Het was log geworden. Pake had er spijt van.”
„Als er geen wind was en er niet gezeild kon worden, werd er een paard gehuurd om het schip te trekken. Het paard liep dan langs de vaart. Maar was er geen geld, dan trok beppe het schip. Ze had dan ook armen als bielzen”.
„In de winter, als er ijs lag, kon er niet gevaren worden, maar er moest toch brood op de plank komen. Ze hadden dan meestal het schip in de stad Groningen aangemeerd. Als er sneeuw lag, mocht hij sneeuw ruimen. Daar verdiende hij 1 gulden per dag mee.”
(met dank aan Antje en Siemen Muis).